Infectieziekten & vaccinaties

Materiaalkeuze

Belangrijk!
  • Gebruik bij voorkeur niet invasieve opvangsystemen (incontinentiemateriaal, condoomkatheter, bedpan, urinaal, …). 
  • Indien niet mogelijk, ga over tot eenmalige/ intermittente katheterisatie.
  • Gebruik enkel een transurethrale of suprapubische verblijfskatheter als een langdurige katheterisatie nodig is.
  • Controleer de houdbaarheidsdatum/vervaldatum van alle materialen die nodig zijn om te sonderen. 

Materialen en eigenschappen van urinaire katheters

Katheters zijn verkrijgbaar in verschillende materialen. Bij de keuze van een katheter moet rekening worden gehouden met factoren zoals gebruiksgemak, bio-compatibiliteit, mogelijke allergieën (bijvoorbeeld latexallergie), neiging tot korstvorming en vorming van biofilm en het comfort van de patiënt.  


Hoewel urethrale katheters in de eerste plaats gebruikt worden voor het draineren van urine, kunnen ze eventueel ook worden ingezet voor continue temperatuurmeting of intra-abdominale drukmeting. 


Verblijfskatheters bestaan ook met 2 of 3 lumina en bestaan uit latex, siliconen of polyvinylchloride PVC, al dan niet met een coating. Sommige fabrikanten produceren milieuvriendelijke katheters op basis van polymeren, zonder phtalaten en pvc. Pvc bevat chloor en weekmakers die slecht zijn voor het milieu (HGR, EAUN, 2024)

 

Latexkatheters 

In zorginstellingen wordt het gebruik van latex zoveel mogelijk vermeden vanwege het risico op - mogelijk ernstige – allergische reacties. Latex, dat gemaakt is van een natuurlijk rubber, is een flexibel materiaal, maar heeft enkele nadelen. Het gebruik van latexkatheters wordt beperkt tot kortdurende verblijfskatheters (<7 dagen) en wordt waar mogelijk vermeden om de volgende redenen: 

 

  • Mogelijke ernstige allergische reacties

  • Irritatie van de slijmvliezen, 

  • Korstvorming

  • Kans op urethravernauwing of overgevoeligheid (EAUN, 2024). 

 

Siliconenkatheters

Siliconen katheters (100% siliconen) zijn hypoallergeen en zeer zacht voor het slijmvlies. Ze hebben een groter lumen dan latexkatheters. Bij een ongecoate katheter is het lumen ook iets groter dan bij gecoate katheters. Siliconen katheters veroorzaken minder slijmvliesirritatie, minder korstvorming en beschadiging, verstoppen minder snel, waardoor men ze langer ter plaatse kunnen blijven. (HGR)

 

Latexkatheters met siliconencoating

Latex katheters met siliconecoating kunnen gebruikt worden voor eenmalige katheterisatie of voor een verblijfskatheter met korte verblijfsduur (<7 dagen). Silicone vereenvoudigt het inbrengen en helpt beschadiging van de binnenwand van de urethra te voorkomen. Deze katheters zijn ook niet geschikt voor patiënten met latexallergie (EAUN, 2024). 

 

Katheters met nitrofurazonecoating

Sommige katheters zijn gecoat met nitrofurazone, een bactericide stof die als lokaal antibioticum wordt gebruikt. Deze antibiotisch geïmpregneerde katheters kunnen asymptomatische bacteriurie tijdens de eerste week verminderen. Echter, volgens Tenke (2008) is er geen bewijs dat met antibiotica geïmpregneerde katheters het risico op symptomatische urineweginfecties verminderen. Daarom worden ze niet aanbevolen. Toxiciteit en/of antibioticaresistentie bij het gebruik van antimicrobiële katheters is niet bekend (EAUN, 2024).  

Urinaire verblijfskatheter

Latex vs. silicone 
In een Cochrane-review van 2007 en 2014 werd onvoldoende bewijs gevonden om het beste type verblijfskatheter voor langdurige blaasdrainage bij volwassenen te bepalen.

 

Siliconen katheters verdienen echter de voorkeur omdat:

 

  • Ze het risico op korstvorming bij langdurig gekatheteriseerde patiënten verminderen.

  • Ze het risico op een allergische reactie op latex katheters vermijden.

  • Ze vereenvoudigen het inbrengen en helpen beschadiging van de binnenwand van de urethra te voorkomen.

Latexkatheters met een siliconencoating kunnen gebruikt worden voor eenmalige katheterisatie of voor een verblijfskatheterisatie van langere duur (minder dan 7 dagen). Opgelet: Deze katheters zijn ook niet geschikt voor patiënten met latexallergie (EAUN 2024).

 

Katheters met een glijdende coating bieden geen meerwaarde ten opzichte van standaard katheters zonder glijdende coating wat betreft de preventie van urineweginfecties.

 

Bij katheters die niet volledig uit siliconen bestaan, wordt de ballon gevuld met steriel water.

 

De ballon van een siliconen katheter kan na verloop van tijd vloeistof verliezen en wordt daarom best gevuld met een glycerine-oplossing (10 % glycerine en 90 % steriel water).

 

Latex

 

Siliconen

 

 

 

Nelaton vs. Tiemann 
Een vaak gebruikte kathetertip is de Nelaton diegeschikt is voor zowel vrouwen als mannen. Bij mannen kan het soms moeilijk zijn om de katheter in te brengen. In dat geval kan een Tiemann aanbevolen worden. Deze heeft een stevigere structuur en een speciaal gevormde tip, wat het inbrengen gemakkelijker maakt.

 

 

Diameter katheter

 

  • Voor kleine kinderen worden katheters van charrière (Ch) 6 tot 10 gebruikt. Voor kinderen vanaf 12 jaar is Ch 10 geschikt.

  • Bij heldere urine, geen bezinksel, gruis of hematurie volstaan katheters van Ch 12 tot  Ch 14. In de praktijk blijkt Ch 16 gemakkelijker in te brengen met minder risico op traumatisatie.

  • Bij licht troebele urine, lichte hematurie met of zonder stolsels, geen of weinig gruis of bezinksel is een katheter van tenminste Ch 16 aanbevolen.

  • Bij matig tot veel gruis of bezinksel en bij hematurie met middelgrote stolsels wordt Ch 18 aanbevolen.

  • Bij ernstige hematurie, waarbij spoelen noodzakelijk is, gebruikt men katheters van Ch 20 tot Ch 24. 

Urinecollector

Staalafnameplaats
Staalafname is alleen nodig bij verdenking op een UWI en wordt uitgevoerd na het vervangen van zowel de katheter als de urinecollector. Gebruik hiervoor een urinecollector met een staalafnamepunt. (Op de afvoerleiding bevindt zich een prikplaats voor het afnemen van een urinestaal, met of zonder naald. Dit voorkomt het loskoppelen van het drainagesysteem tijdens de staalafname)
 

 

Steriel vs. niet-steriel

Er is geen evidentie in hoeverre de steriliteit van de urinecollector bijdraagt aan de preventie van infecties. Evenmin is bewezen dat een niet-steriele urinecollector even veilig is. Het is belangrijk om de zuiverheid van de connectie met de urinaire katheter te waarborgen.

 

Aftapkraan

Om vervanging van de urinecollector en bijgevolg het openen van het drainagesysteem te vermijden, moet de urinecollector voorzien zijn van een aftapkraan. Deze kraan moet eenvoudig met één hand te openen zijn en moet goed afsluiten.

 

Ophangsysteem

Hoewel er geen specifieke aanbevelingen zijn over het ophangsysteem, is het wel belangrijk dat de urinecollector de grond niet raakt.

 

Terugslagklep

De urinecollector moet uitgerust zijn met een terugslagklep. Dit voorkomt dat urine terugstroomt bij manipulatie van de urinecollector of beweging van de patiënt.

 

Afvoerleiding
 
Gebruik bij voorkeur een antiknik-leiding. De leiding moet voldoende lang zijn om de patiënt niet te hinderen bij het bewegen. Anderzijds mag de lengte van de afvoerleiding geen aanleiding geven tot te grote volumes urine in de afvoerleiding.

 

Fixatiemateriaal 
 
Om traumatisatie door tractie te voorkomen, wordt de urinaire katheter onmiddellijk na plaatsing gefixeerd. Hiervoor kunnen bestaande hulpmiddelen zoals een beenband gebruikt worden, evenals kleefband voor fixatie op de huid van de patiënt.

 

 

EAUN. Fig. 32 and 33 Different types of catheter securement devices with Velcro fastening (Photo courtesy of T. Schwennesen)

 

Soort urinecollector

Er bestaan verschillende soorten urinecollectoren, elk met hun eigen kenmerken zoals groot/klein volume, met/zonder staalafnamepunt, met/zonder aftapkraan, wel/niet steriel, met/zonder urinemeter …

De keuze van het type urinecollector is afhankelijk van de indicatie en praktische voordelen:

  • Urinezak: maximaal volume van 1500 ml.

  • Beenzak: volume tussen 300 en 800 ml)

  • Urinecollector met urinemeter voor nauwkeurige monitoring van de diurese

  • Urinecollector met groter volume (4 liter) wordt gebruikt bij katheters voor blaasspoeling


 Bron: EAUN: ifgs. 17 and 18 Examples of urinary bags (Photo courtesy of P. Wenig)