Wat is het menselijk hormonaal systeem?
Hormoonverstoorders hebben een invloed op onze hormonen. Maar wat zijn hormonen eigenlijk? En hoe werken ze?
Ons lichaam wordt voor een groot deel gestuurd door onze hormonen. Ons bloed vervoert die hormonen door ons hele lichaam. Dat gebeurt natuurlijk niet zomaar. In de hersenen dirigeren de hypothalamus en de hypofyse de menselijke hormoonhuishouding. Ze vertellen andere organen en klieren wat ze moeten doen: meer hormonen aanmaken, minder hormonen aanmaken enzovoort.
Elk van die endocriene organen en klieren maakt een eigen hormoonsoort aan. En elk van die hormonen zorgt op zijn beurt voor een belangrijke functie van ons lichaam. Bijvoorbeeld:
- De hypofyse maakt groeihormoon aan. Bij kinderen zorgt dat voor een natuurlijke groei, bij volwassenen voor het behoud van vet- en spiermassa.
- De schildklier maakt thyroxine aan. Dat hormoon regelt de stofwisseling en helpt om je lichaamstemperatuur, hartslag en groei te regelen.
- De bijnieren maken cortisol aan, de stof die je bloeddruk regelt en je lichaam beschermt tegen stress.
- De eierstokken maken oestrogeen en progesteron aan, stoffen die samen bijdragen aan de vrouwelijke lichaamskenmerken. Ze zorgen er ook voor dat de eicellen op het juiste moment worden opgeslagen en vrijgegeven.
- De testikels maken testosteron aan, de stof die instaat voor de mannelijke lichaamskenmerken en de productie van sperma.
- De alvleesklier maakt insuline aan, het hormoon dat je bloedsuikerspiegel regelt. Deze klier kan zelf regelen of ze insuline moet aanmaken.
Al die hormonen reizen naar de juiste plaats in het lichaam, waar ze zich binden aan de receptoren van een cel.
Zo’n receptor kun je je voorstellen als een slot: alleen met de juiste sleutel kun je dat slot openen. Als het juiste hormoon bij de juiste cel is aangekomen, ‘vertelt’ het hormoon aan de cel wat ze moet doen: sneller delen, een stof (minder) aanmaken… .
Als alles goed gaat, zijn je hormonen in balans. Maar heel wat factoren kunnen daar verandering in brengen: te veel stress, te weinig slaap, specifieke voeding, verontreiniging in je omgeving, … . Kwetsbare groepen, zoals zwangere vrouwen, kinderen en jongeren, zijn daar extra gevoelig voor.