Subsidies aanvullende thuiszorg

Diensten voor gezinszorg kunnen subsidies ontvangen voor het aanbieden van schoonmaak-, karwei- of oppashulp op basis van het aantal voltijdse equivalenten (VTE) logistiek personeel en het aantal VTE doelgroepwerknemers die de diensten jaarlijks toegewezen krijgen.

De procedure voor de toewijzing van VTE logistiek personeel en VTE doelgroepwerknemers verloopt als volgt:

• De Vlaamse Regering legt elk jaar het totale aantal subsidiabele uren voor schoonmaak-, karwei- of oppashulp via een besluit van de Vlaamse Regering vast.

  Hieronder vindt u het besluit van de Vlaamse Regering, waarin het totale aantal subsidiabele uren voor schoonmaak-, karwei- of oppashulp wordt vastgelegd voor:

  • Het werkjaar 2024
  • Het werkjaar 2023
  • Overzicht van besluiten van de voorgaande jaren

• De minister van Welzijn bepaalt daarna via een ministerieel besluit per dienst voor gezinszorg het aantal VTE logistiek personeel en het aantal VTE doelgroepwerknemers die in aanmerking komen voor subsidiëring.

  Hieronder vindt u het ministeriële besluit met daarin voor elke dienst het maximale aantal VTE personeel dat in aanmerking komt voor subsidiëring in:

  • Het werkjaar 2024
  • Het werkjaar 2023
  • Overzicht van besluiten van de voorgaande jaren

Momenteel zijn er geen financiële middelen om extra VTE logistiek personeel of doelgroepwerknemers aan de diensten voor gezinszorg toe te kennen.
Jaarlijks is het wel mogelijk om een aanvraag in te dienen om een deel van de toegewezen VTE logistiek personeel om te zetten in uren gezinszorg. Meer informatie over de reconversie tussen gezinszorg en aanvullende thuiszorg.

Diensten voor gezinszorg kunnen voor schoonmaak-, karwei- of oppashulp subsidies ontvangen voor hun logistieke, administratieve, begeleidende en leidinggevende personeelsleden.

De subsidie-enveloppe voor logistieke, administratieve, begeleidende en leidinggevende personeelsleden bestaat uit de som van de volgende formules:

• Toegewezen aantal VTE logistiek personeel * subsidiebedrag per VTE logistiek personeel;
• Toegewezen aantal VTE logistiek personeel/22,5 * subsidiebedrag per VTE administratief personeel;
• Toegewezen aantal VTE logistiek personeel/17,5 * subsidiebedrag per VTE begeleidend personeel;
• Toegewezen aantal VTE logistiek personeel/100 * subsidiebedrag per VTE leidinggevend personeel.

De subsidiebedragen per VTE worden jaarlijks berekend.

Werkjaar 2025

Werkjaar 2024

De diensten voor gezinszorg ontvangen voor schoonmaak-, karwei- of oppashulp nog toeslagen boven op de subsidie-enveloppe. Er zijn verschillende soorten toeslagen die verder worden toegelicht op een aparte pagina over de toeslagen voor aanvullende thuiszorg.

• Toeslagen die aan de diensten voor gezinszorg worden toegekend per toegewezen VTE logistiek personeel en per VTE doelgroepwerknemer.
• Toeslagen voor de sector die verdeeld worden over de diensten voor gezinszorg op basis van vooropgestelde parameters.
• Toeslagen voor vervoer.

Meerlingenhulp bestaat uit de zorg en ondersteuning door de diensten voor gezinszorg aan gezinnen met een meerling tot het derde levensjaar. 
 

Van 2007 tot 1 juli 2023 bestond er binnen de aanvullende thuiszorg (schoonmaak-, karwei- of oppashulp), geboden door de diensten voor gezinszorg, een klaverbladfinanciering van doelgroepwerknemers in de lokale diensteneconomie. Deze klaverbladfinanciering bestond uit 4 subsidiekanalen.

Op 1 juli 2023 trad het decreet van 14 januari 2022 over maatwerk bij individuele inschakeling in werking. Dat decreet Individueel Maatwerk integreert 2 van de 4 subsidiekanalen, de maatregelen Lokale Diensteneconomie en de Sociale Inschakelingseconomie.

De financiering van de toegewezen VTE doelgroepwerknemers (link naar hoofdstuk 1 toewijzing VTE op deze pagina) wordt verdergezet en bestaat nog uit de volgende financieringsstromen:

• De Vlaamse overheid vanuit het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en vanuit het beleidsdomein Werk en Sociale Economie;
• De gebruiker via de gebruikersbijdrage.

Vanuit het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ontvangen de diensten voor gezinszorg voor de toegewezen VTE doelgroepwerknemers bijkomende toeslagen. 

De toeslagen per VTE doelgroepwerknemer worden jaarlijks berekend. 

Werkjaar 2024

Naast de toeslagen ontvangt de dienst voor gezinszorg met meer dan 10 VTE toegewezen doelgroepwerknemers een toeslag voor omkaderingspersoneel.

Werkjaar 2024

Hier kan u een overzicht terugvinden van de bedragen van voorgaande jaren. 

De diensten voor gezinszorg ontvangen voorschotten op het subsidiebedrag waarop ze recht hebben. Het saldo van het subsidiebedrag wordt uitbetaald nadat het Departement Zorg de gegevens verwerkt heeft die de diensten elektronisch doorstuurden naar Vesta.

Voorschotten

Elk kwartaal wordt een voorschot uitgekeerd van maximaal 22,5% van de totale subsidie-enveloppe van het betreffende jaar. Dit is inclusief de subsidies voor de toegewezen doelgroepwerknemers, voor de maatregelen managementondersteuning, permanente vorming, extra aanvullend verlof, carensdagen, innovatie en digitalisering, voor de verhoging van de eindejaarspremie en de ondersteuning van het management en voor de managementsondersteuning, de baremaverhoging voor omkadering en koopkracht.

De voorschotten worden berekend op basis van het aantal VTE logistiek personeel en het aantal VTE doelgroepwerknemers die in het voorafgaande jaar toegewezen zijn en worden uitbetaald voor het einde van de 2de maand van het kwartaal waarop ze betrekking hebben.

Als er geen VTE logistiek personeel of VTE doelgroepwerknemers toegekend waren in het voorafgaande jaar, ontvangt de dienst geen voorschotten.

Toeslagen

Het Departement Zorg betaalt de toeslagen voor eindejaarspremie (alleen voor private diensten), werkdrukvermindering (alleen voor private diensten), en koopkracht (alleen voor de openbare diensten) en de toeslagen vervoer, uit samen met het voorschot van het 3de kwartaal. Dat gebeurt vóór eind augustus. 

De toeslag voor meerlingenhulp wordt uitbetaald samen met het saldo.

Saldo

Na afloop van het werkjaar berekent het Departement Zorg het saldo van de subsidies waarop de diensten recht hebben. De diensten moeten daarvoor eerst alle gegevens van dat werkjaar doorgestuurd hebben naar Vesta. De grootte van de subsidies wordt bepaald door de scores op de resultaatsindicatoren. Er is een resultaatsindicator

• met betrekking tot het aantal gefactureerde uren;
• en een met betrekking tot de invulling van de norm voor omkadering.

1. Resultaatsindicator gefactureerde uren

Om de volledige subsidies voor het logistiek personeel en voor de doelgroepwerknemers te kunnen ontvangen, moet de dienst aantonen dat hij op jaarbasis:

• Per VTE logistiek personeel minstens 95% van het gemiddelde van 1365 gefactureerde uren realiseert;
• Per VTE doelgroepwerknemer minstens 95% van het gemiddelde van 1322 gefactureerde uren realiseert.

De subsidies voor het logistiek personeel en voor de doelgroepwerknemers worden verminderd met:

• 5% bij een gemiddelde prestatie van het logistiek personeel en de doelgroepwerknemers, die lager is dan 95% maar hoger of gelijk aan 90%;
• 10% bij een gemiddelde prestatie van het logistiek personeel en de doelgroepwerknemers, die lager is dan 90% maar hoger of gelijk aan 85%;
• (100% - het behaalde percentage) bij een gemiddelde prestatie van het logistiek personeel en de doelgroepwerknemers, die lager is dan 85%.

2. Resultaatsindicator omkadering

Om de volledige subsidies voor omkadering (inclusief de toeslagen voor de doelgroepwerknemers) te kunnen ontvangen, moet de dienst aantonen dat hij op jaarbasis:

• hij met betrekking tot de norm voor het begeleidend personeel (1 VTE per 17,5 VTE logistiek personeel);
• en de norm voor het leidinggevend personeel (1 VTE per 100 VTE logistiek personeel) minstens 90% van de som van het aantal VTE dat resulteert uit de toepassing van beide normen, effectief heeft tewerkgesteld.

Voor de bewijsvoering van bovenstaande resultaatsindicator moeten ook de toegewezen doelgroepwerknemers in rekening gebracht worden.

De subsidies voor de omkadering (inclusief de toeslagen voor de omkadering van de doelgroepwerknemers) worden verminderd met:

• 5% bij een invulling van de omkadering (begeleidend en leidinggevend personeel) die lager is dan 90% maar hoger of gelijk aan 85%;
• 10% bij een invulling van de omkadering (begeleidend en leidinggevend personeel) die lager is dan 85% maar hoger of gelijk aan 80%;
• (100% - het behaalde percentage) bij een invulling van de omkadering (begeleidend en leidinggevend personeel) die lager is dan 80%. 

Gegevens nodig voor de berekening

De diensten voor gezinszorg moeten de gegevens die nodig zijn voor de berekening van hun subsidies voor schoonmaak-, karwei- en oppashulp elektronisch doorsturen naar het Departement Zorg. Daarbij moeten ze gebruik maken van Vesta. In de webtoepassing van Vesta kunnen ze de gegevens die ze doorgestuurd hebben ook consulteren.

De volgende gegevens moeten de diensten elektronisch doorsturen:

• Gegevens over de tewerkstelling van het logistiek, begeleidend en leidinggevend personeel en de doelgroepwerknemers die ingezet worden voor schoonmaak-, karwei- en oppashulp;
• Gegevens over de prestaties van het logistiek personeel en de doelgroepwerknemers;
• Gegevens over de gebruikers aan wie schoonmaak-, karwei- en oppashulp verleend wordt.

In het draaiboek van Vesta vindt u alle informatie over de gegevens die doorgestuurd moeten worden voor schoonmaak-, karwei- en oppashulp.

De diensten voor gezinszorg zijn zelf verantwoordelijk voor het veiligheidsbeleid bij het doorsturen van die gegevens.

In dit overzicht staan de subsidiebedragen voor aanvullende thuiszorg van de voorgaande jaren.

In dit overzicht staan de subsidiebedragen voor de toeslagen voor aanvullende thuiszorg van de voorgaande jaren.